Natuurlijk zijn al die (draadloze) apparaten heel handig. Ze maken het leven een stuk makkelijker en aangenamer, en dat wil je zo houden. Heel begrijpelijk.
De keerzijde is dat straling een onprettig leefklimaat veroorzaakt. Zelfs zodanig dat sommige mensen serieuze gezondheidsproblemen ontwikkelen. Anderen ervaren dat ze niet lekker in hun vel zitten, of kampen met vage klachten waarvan de oorzaak onduidelijk blijft.
Een paar symptomen uit de lijst met veel voorkomende klachten: slapeloosheid, vermoeidheid, hoofdpijn, oorsuizen, bedplassen bij kinderen, zweten, concentratiegebrek, allergieën, paniekgevoelens, agressie, depressie, spierpijn en rugpijn.
Of je klachten ontwikkelt van elektrosmog, hangt af van hoe jouw lichaam reageert op straling. En ten tweede of je lange tijd op een plek met veel straling verblijft. Je kunt het vergelijken met blootstelling aan felle zon. Wat voor de ene persoon al snel problemen oplevert, is voor de ander lange tijd goed vol te houden.
Dat elektromagnetische straling een negatief effect heeft op onze gezondheid, lijken we vaak te vergeten. Zou elektrosmog zichtbaar zijn of vreemd ruiken, dan is de kans groot dat we er meer aandacht voor zouden hebben. Een gemiste kans. Omdat we al met enkele ingrepen een gezonder leefklimaat kunnen creëren in onze woning.
Waar stroom gebruikt wordt, vormen zich elektromagnetische velden (elektrosmog). Deze wisselvelden werken in op het menselijk lichaam.
Elektrische en magnetische velden oefenen kracht uit op elke geleider die zich in dezelfde ruimte bevindt. Wij mensen zijn goede geleiders, de weerstand in ons lichaam is niet groot. Maar waar gaat het nu precies mis?
De bio-elektriciteit van ons lichaam zelf speelt een belangrijke rol. Zeer fijne elektrische stroompjes geven impulsen en regelen daarmee de lichaamsfuncties. Deze fijn regulerende lichaamseigen bio-elektriciteit is niet opgewassen tegen de overheersende kracht en inwerking van kunstmatige elektromagnetische velden.
Je lichaam reageert op de stoorvelden met een alarmreactie (stress). Ze verzet zich tegen de indringende lichaamsvreemde frequenties. Hiermee kan je lichaam, door aanpassing, blijven functioneren.
Om bij te komen heeft je lichaam een plek nodig om te kalmeren. Is die plek er niet, dan raakt het zelfregulerend systeem van je lichaam in de war, overspannen en tot slot uitgeput. Het gevolg: onvoldoende functioneren van verschillende lichaamsfuncties. Op korte termijn veroorzaakt dit klachten. Bij langdurige blootstelling aan (sterke) bronnen van elektrosmog kan een chronisch of klinisch ziektebeeld ontstaan.
Ons lichaam heeft een plek nodig om te herstellen. Een plek om bij te komen van de elektrosmog waar het overdag weerstand aan moet bieden. De beste manier om dat te doen, is een stralingsarme slaapplek creëren.
Je lichaam schakelt tijdens de slaap over naar de rust-, herstel- en detoxstand. Essentieel voor een gezond lichaam. Wanneer het opnieuw weerstand moet bieden aan veel elektromagnetische straling, dan lukt dat onvoldoende.
Stralingsarm slapen helpt het zelfherstellend vermogen van je lichaam om optimaal te functioneren. Daarnaast bouw je voldoende weerstand op. Waardoor je overdag de verschillende invloeden van buitenaf beter kunt opvangen.
Het gebruik van stroom en draadloze netwerken is niet meer weg te denken. Dat is een gegeven. Veel huizen zijn door onze huidige levenswijze echter ongezond en zelfs ziekmakend, zonder dat we het (voldoende) beseffen.
Woonbiologen willen hierin verandering brengen. Deels door mensen bewust te maken van de invloed van straling op de gezondheid en het welbevinden. Deels praktisch: door metingen te doen en oplossingen te bieden en daarmee van ziekmakende weer gezonde woningen te maken.
Het gaat er niet om, af te zien van alle comfort. Met passende maatregelen kun je veel doen aan de ongewenste neveneffecten van elektriciteit. Goed nieuws voor het leefklimaat in je woning én de gezondheid van je lichaam.
Het meten van elektromagnetische stoorvelden in de slaapkamer en de stralingsbelasting op het lichaam, is onderdeel van het meetonderzoek van ATGT. Wil je hier meer over weten? Ontdek dan of het meet- & adviestraject iets voor je is.
Een woonbioloog gaat ervan uit dat het binnenklimaat van een huis of werkomgeving, geen negatieve invloed mag uitoefenen op de gezondheid of het welbevinden van de gebruiker.
Om een gezonde woning te creëren, onderzoekt een woonbioloog welke bronnen van invloed zijn op het leefklimaat. Zijn deze neutraal? Of veroorzaken ze stress en zijn ze ziekmakend? Maatstaf is een zo natuurlijk mogelijke omgeving, waarin de bewoners zich vitaal voelen.
Veel woonbiologen zijn gespecialiseerd in technisch meetonderzoek naar de aanwezige straling in een woning. Straling verstoort letterlijk het gezonde leefklimaat in een huis.
Na het meetonderzoek brengt een woonbioloog de kwaliteit van het huidige binnenklimaat in kaart. Daarmee wordt zichtbaar gemaakt in welke mate dit binnenklimaat de gezondheid van de bewoners belast.
Aansluitend aan het onderzoek geeft een woonbioloog individuele adviezen. Daarmee kunnen gezinnen een gezonde thuisbasis herstellen en hun balans hervinden. Een woonbioloog streeft elke risicoreductie na.
De richtlijnen en vastgestelde normen van de woonbiologie zijn het uitgangspunt van alle metingen. De SMB-2015 (Standaard Meettechniek Baubiologie) geeft richtlijnen voor meetonderzoek in slaapvertrekken. Een woonbioloog gebruikt deze om te bepalen wanneer er een ongezonde situatie ontstaat voor het lichaam.
Geringe belasting voor het lichaam biedt een hoge mate van veiligheid. Extreem hoge belasting vraagt om een directe aanpak van de problemen om gezond te blijven of nog te kunnen herstellen van ziekte.
In Nederland gebruiken we het woord woonbiologie of bouwbiologie voor de – in Duitsland ontwikkelde – leer van de Baubiologie. Dr. Anton Schneider (1931 – 2015) stelde wetenschappelijk vast dat het ontwerp, de locatie en de gebruikte materialen en apparatuur in huizen en gebouwen, een negatieve of positieve invloed kunnen hebben op de mens. In 1977 begon hij het Instituut voor Bouwbiologie en Duurzaamheid (IBN) om zijn leer met anderen te delen.
Woonbiologie is een breed vakgebied met twee hoofdrichtingen:
– gezond en duurzaam (ver)bouwen
– onderzoeken van reeds bestaande woningen of gebouwen op schadelijke bronnen voor de gezondheid en het welbevinden
Professionals in de woon – of bouwbiologie werken vanuit de holistische visie dat de mens en zijn leefomgeving met elkaar verbonden zijn.
Dat een ongezond binnenklimaat klachten kan veroorzaken voor de gebruiker, mag duidelijk zijn. Er komen in de media steeds meer berichten naar buiten over de gezondheidsrisico’s van straling in huis of op de werkplek. Daarnaast neemt de vraag toe naar duurzaam en gezond bouwen.
Net als woonbiologen zijn meer en meer mensen bewust bezig met positieve verandering. Ze willen hun leefomgeving gezond houden. De beste plek om te beginnen: je eigen woning.
Individueel advies om de kwaliteit van het leefklimaat in je woning te herstellen, is onderdeel van het 5-stappenplan van ATGT. Wil je hier meer over weten? Ontdek dan of het meet- & adviestraject iets voor je is.